Rond 1680, op vierentwintigjarige leeftijd, wordt Marin Marais aangesteld tot huismeester voor viola da gamba aan het hof van de koning van Frankrijk, Louis Quatorze, le Roi Soleil. Na die pijlsnelle carrière komt Marais tot de bevinding dat muziek niet gecreëerd wordt om de oren van het paleis te behagen. Niet het mondaine plezier, maar de rouw om wat uit deze wereld verdwijnt is de opdracht van muziek. Muziek gedenkt dat geen ochtend ter wereld ooit terugkomt, ze verwijlt bij wat verloren en verwaarloosd wordt, en biedt een wankel onderdak aan wat het alledaagse spreken vergeet. Dat leert Marais van de Sainte Colombe, de grootste gambavirtuoos van zijn tijd, die evenwel het frivole leven aan het hof schuwt. Ten zuiden van Parijs leidt die een teruggetrokken leven, dat ten dienste staat van de muziekstudie en van de herinnering aan zijn overleden vrouw. Dank zij de lessen van de Sainte Colombe leert Marais dat muziek is ‘als een glas dat je voor de doden achterlaat, een kleine drinkplaats voor hen die geen taal meer hebben, voor de schim van de kinderen, voor de hamerslagen van de schoenmakers’.
Voor zijn bezinning over muziek neemt Pascal Quignard het leven van de Sainte Colombe als vertrekpunt. We weten erg weinig over die componist, tenzij dat hij een zevende snaar aan de gamba heeft toegevoegd en ons enkele prachtige melodieën heeft nagelaten, onder meer Le Tombeau des Regrets. Het verhaal baadt in een geheimzinnige sfeer die een gretige zintuiglijkheid combineert met het strenge jansenisme van Port-Royal, dat de Sainte Colombe zou hebben aangehangen. Zoals de omzetting van ‘Tous les matins du monde sont sans retour’ in ‘Geen ochtend ter wereld keert ooit terug’ al laat vermoeden, is de vertaling erg verzorgd, met veel aandacht voor het ritme en de muzikaliteit van de zin. Tijdens het lezen grijp je naar de stillevens van Chardin of de interieurs van zeventiende-eeuwse Hollandse meesters. Eens het boek uit, luister je, een glas Calvados in de hand, naar een cd met muziekuitvoeringen door Jordi Savall.
Pascal Quignard, Geen ochtend ter wereld. Uitgeverij G.A. van Oorschot, 1993, 78p.