Voor het zesde jaar op rij ben ik naar Saint-Etienne-des-Sorts gereisd, een dorpje in Zuid-Frankrijk, in het departement Gard, waar ik gedurende een week een cursus geef over een filosofisch onderwerp. Na zes jaar ken ik blindelings de weg die zich, omzoomd door platanen, door de eindeloze velden met wijnranken slingert naar het dorp, dat tegen de Rhône aan geschurkt ligt. Vlak voor de steenweg versmalt tot een nauwe doorgang tussen oude huizen en een kerk, moet ik aan de rotonde een kleine straat in waar een indrukwekkende ceder mij opwacht. Aan de overkant ligt mijn bestemming: het Centre Erasme, een voormalige wijnboerderij, nu ingericht als een oord van bezinning en gesprek. Het is thuiskomen – in de ommuurde binnenplaats, waar de gastvrouw en –heer, allebei dertigers, mij met een glas rode wijn welkom heten.
Een gastvrije ontvangst wordt niet alleen door mensen geschonken, maar ook door het huis waarin ze wonen. In de hartelijke welkomstwoorden klinken de omgeving door, de vertrouwde dingen, de in zandsteen opgetrokken woning, de oleanders met witte en roze bloemen, de vijgenboom, de kruidtuin met lavendel en rozemarijn. In onze gastvrijheid zijn wij, mensen, aangewezen op de dingen die ons omringen met de rust van hun stille aanwezigheid.