De hemel kent geen grenzen. Koninklijk blauw verenigt de vier windstreken. De avondzon straalt onverminderd en glijdt over de klimop de eetkamer binnen. De tegels blinken, de tafel glimt. De dag weet van geen ophouden. Uren later pronkt een volle maan aan de zuidelijke hemel. In het teken van Boogschutter, zowaar. En ik denk aan hen die in de nacht der tijden vuren aanlegden en stenen stapelden en met de reuzen dansten. En geloofden dat al het menselijke een antwoord is op het hemelse en dat het aardse met zijn hoogten en laagten, zijn groei en verval, geprefigureerd is in de wenteling der sferen en de op- en neergang van zon en maan. O steensjouwers en cirkelbouwers, voorvaderen…